Hét Groningen Magazine is weer verkrijgbaar

Groningen verdient het om gezien te worden. Marketing Groningen heeft daarom ook dit jaar weer een magazine gemaakt volop inspiratie en verrassingen uit Stad en Ommeland. Vanaf vandaag worden de magazines bij de VVV’s, Toeristische informatiepunten en ondernemers in de provincie verspreid en kunnen bezoekers en gasten weer volop geïnspireerd worden door de allermooiste reportages, interviews en tips die uit de stad én de provincie komen.  

Het magazine neemt je mee op ontdekkingsreis door eigen achtertuin. Met highlights, routes en omwegen. Langs de hoogtepunten van de stad. Maar ook langs de onontdekte parels, net even om het hoekje. Naar de allermooiste dorpen in het ommeland. Plekken waar het nog echt stil is en waar de drukte plaats maakt voor rust. En het voert naar Groningse makers. Die hun producten maken met trots en liefde voor het land.

Enne Jans Heerd

De eerste uitgave van het magazine is overhandigd aan Mayke Zandstra (zie foto) van de monumentale boerderij Enne Jans Heerd in het Hogeland. Zij en haar vriend Gijs kregen daar de kans om een plek voor natuur- en cultuurbeleving op te zetten. De Enne Jans Heerd is een rijks- en archeologisch monument en vooral een plek die het verdient om gedeeld te worden met het publiek. Mayke en Gijs werken keihard voor het behoud, versterking en openstelling van de boerderij en het eeuwenoude omringende cultuurlandschap. Ook zij verdienen daarom een plekje in het magazine.

Jaarlijks magazine

Marketing Groningen brengt ieder jaar een magazine uit om bezoekers te informeren en te inspireren over de stad en regio. Het magazine beschrijft het ultieme Groningen gevoel en geeft een kijkje in de keuken met prachtige beelden en verhalen. Het magazine wordt verspreid onder alle partners van Marketing Groningen en heeft een oplage van 40.000 in het Nederlands, 20.000 in het Duits en 20.000 in het Engels. Het magazine is gratis te verkrijgen en af te halen bij de VVV/Groningen Store.

Het magazine is via de download alvast digitaal te bekijken

Fotocredits: Sebastiaan Rodenhuis